Reïncarnatie betekent

Het is de theorie dat er na onze dood een verdere leven is waar we onze levenservaringen
verwerken en na een tijd van leren en rust weer terugkeren naar het aardse leven in een ander lichaam.









Door contacten van mediums met overledenen die zijn overgegaan naar de andere zijde en het geloof van de Hindoes en Boeddhisten op wedergeboorte zijn we veel meer te weten gekomen over reïncarnatie. Wetenschappelijk is het niet bewijzen, maar er zijn wel gevallen bekend van mensen die nog veel dingen weten uit hun vorige leven en ervaringen met regressie therapieën hebben onthutsende verhalen opgeleverd waarbij mensen verhalen uit hun vorige leven vertellen die ze nooit konden weten en toch klopten.
Het huidige Christelijke geloof ondersteunt reïncarnatie niet meer. Deze beschouwing werd rond 500 na Christus uit de bijbel verwijderd. Het Christelijk geloof verteld dat een goed leven leidt tot een plaats in de hemel bij God. De Hindoes geloven dat men terugkomt als dier en de Boeddhisten geloven dat reïncarnatie het gevolg is van hebzucht en dat het de bedoeling is om deze keten te doorbreken, het bereiken van de Nirvana.
Iedereen bezit een lichaam en daarin huist volgens Christelijk geloof de goddelijke vonk of zoals anderen zeggen : de kosmische kracht, onze ziel. Om het lichaam zit een beschermingsveld en contact met de kosmos, de aura met de chakra's . Hierin lopen diverse energiestromen afhankelijk van ons persoonlijkheid en ervaringen. De ziel kan in en buiten het lichaam bestaan. Ons lichaam is het huis van onze ziel.
Alle zielen komen van een plek in de kosmos, door de ene de hemel genoemd, Het Licht, de overkant, de andere dimensie, zielenrijk, hiernamaals en er nog veel meer benamingen mogelijk. Op die plek heerst een goddelijk bewustzijn met mentors, engelen en alle zielen komen daar om te ontwikkelen om zo deel uit te maken van de kosmos. Die zielenrijk bevindt zich in een andere dimensie waar een hoger trillingsenergie heerst. In deze dimensie heerst een complete harmonie en het begrip tijd kennen ze niet.
Elke ziel krijgt een taak of opdracht mee die het in de aardse leven moet voltooien. Het is beproeving om hoger op te kunnen komen in het zielenrijk. Deze zielenrijk bestaat uit 7 lagen, ook wel sferen genoemd, en deze bestaan weer uit 7 kleinere
sublagen.

Men begint onderaan de ladder in de laagste sfeer. Men kan daar niet naar boven kijken naar de hogere sferen maar degenen bovenin kunnen wel naar de lagere sferen onder hen kijken. In de kosmos leeft men als ziel in een zielengroep. Hier zitten je soortgenoten die je ook in je aardse leven steeds zult tegenkomen. Met je geestelijke leider, je mentor, zal je het juiste moment van wedergeboorte bepalen en weer teruggaan naar de aarde en geboren worden. Je levensles wordt opgesteld en deze wordt bepalend voor je aardse leven. In bepaald opzicht is dus je toekomst al vastgelegd. Of je deze ook zult volgen ligt aan hoe je je aardse leven zal vervolgen. Daarnaast zal je zelf bepalen bij wie je geboren wilt worden en hoe je het
leven wilt eindigen. Meestal zoek je naar je eigen zielgenoten uit de kosmos en wordt je daar in de buurt geboren of als aards familielid of als kennis. Soms gebeurt dit niet en zoek je later in je aardse leven weer contact met je naaste zielen. Tegelijk
met je wedergeboorte op aarde wordt ook je gids of hulpgidsen gekozen. Anderen zeggen dat je gids jou kiest. Je gids is een oerziel die alle levenslessen op aarde al heeft doorlopen en niet meer hoeft te reïncarneren.




Hij zal uit liefde altijd aan je zijde staan gedurende je aardse leven. Je gids is namelijk iemand uit dezelfde zielengroep die je ook kent uit eerdere aardse levens.
Als ziel zal je de negen maanden van zwangerschap meemaken en rondzweven als aanwezige bij je zwangere moeder. De reïncarnatie vind meestal plaats na de 8ste maand van zwangerschap. Onderzoek bij regressietherapieen geven aan dat slechts een klein deel pas reïncarneert bij de geboorte op het moment dat de baby begint te huilen. De ziel zal in de negen maanden de nodige indrukken omdoen en eigenlijk alles meemaken bij de moeder. De ziel zal dit alles meenemen in zijn aardse leven en bewaren in zijn onderbewuste.
Een kind die bijvoorbeeld ongewenst is zal dit ook weten, waarom weet het zelf niet, maar het heeft als ziel deze woorden opgepikt. Kinderen kunnen deze aanwezigheid van die ziel bij hun moeder voelen als een aanwezigheid.


Mocht om een of ander reden de zwangerschap verstoort worden dan zal de reïncarnatie ook niet doorgaan. Hier is wel van belang waarom de zwangerschap verstoord wordt. Wordt er abortus gepleegd, dan staat dit eigenlijk gelijk aan moord. De ziel kan niet reïncarneren en je moet om dit goed te maken opnieuw proberen een kind ter wereld brengen waarin deze ziel kan reïncarneren of een kind adopteren en deze accepteren om je karma zuiver te houden. Gebeurt dit niet, dan zal het in je karma worden opgenomen.
Volgens de Hindoes zijn de gevolgen niet leuk, je krijgt dan bijvoorbeeld in een ander leven een kind die je in je levensdagen kwelt of andere ellende wordt je toegezegd, dit als gevolg door de karma. Dit geldt niet alleen voor de vader en moeder, maar ook voor degenen die aan de abortus hebben meegewerkt, zoals artsen, verpleegkundigen, etc. Abortus is niet iets natuurlijks
en komt alleen bij de mens voor. De enige uitzondering waarbij abortus mag worden gepleegd is dat het leven van de moeder in levensgevaar is.
Gebeurt de onderbreking door natuurlijke wijze zoals miskraam of doodgeboren, dan zal de ziel wachten op een ander volgend moment. Dit kan gebeuren in dit leven maar ook in een volgend leven. Het heeft al de beslissing genomen om te reïncarneren mogelijk zal het zijn plan aanpassen aan de aardse werkelijkheid. De ziel zal weer terugkeren naar het zielenrijk en zijn
tijd afwachten. Hierbij moet wel vermeld worden dat tijd en afstand geen rol spelen voor zielen in het reincarnatieproces. Ze zijn net zo snel terug in het zielenrijk of op aarde.



Wordt vervolgt!

In het aardse leven zijn in de beginjaren als baby en peuter nog bindingen aanwezig met het zielenrijk. Normaal verdwijnen deze naarmate men ouder wordt. De ziel is dan bezig om zich in het lichaam te wennen, het zogenaamde integratieproces dat ook wel het aardsen wordt genoemd. Bij kinderen waarbij dit proces niet goed verloopt kunnen problemen ontstaan, deze kinderen noemen we Nieuwe Tijdskinderen.
Dat kinderen nog bindingen hebben met hun verleden als ziel, uit zich in bijvoorbeeld dat ze praten over hun onzichtbare vriendjes, ze spelen daar ook mee. Andere kinderen vertellen over verschijningen die bij hun verschijnen van geesten of kleine mannetjes.
Ouders dienen hun kinderen serieus te nemen mochten ze hierover gaan praten. Deze verschijnselen zullen langzamerhand verdwijnen en kunnen geen kwaad.


Eenmaal in het aardse leven beginnen we te leven als mens en moeten we onze taak voltooien. Iedereen begint met een blanco geheugen zodat iedereen gelijke kansen heeft in het leven. We zijn niet bewust van deze levenstaak maar door ons leven goed te leiden en problemen het hoofd te bieden moeten we er het beste van maken. Kennis, levenservaringen en geestelijke verrijking dienen we ons meester te maken. We zullen als mens tussen personen bevinden die ook in het zielenrijk onze naasten zijn. Het zullen ook personen zijn uit je vorige levens. Soort zoekt soort. Alleen de relatie of rol verschilt. Een dochter van jezelf zou in je vorige leven wel eens je vrouw kunnen zijn geweest. De rollen kunnen van alles zijn : vader, moeder, dochter, zoon, kennis, collega, rivaal, baas, schoonvader, schoonmoeder, iemand waarmee je vreemd gaat, etc. De bedoeling hiervan is om je sneller het levensproces te kunnen doorlopen. Je zult als kind opgevoed worden met de ideeën en ervaringen van je eerder gereïncarneerde
soortgenoten, je ouders. Kinderen zijn in hun eerste jaren een spiegelbeeld van hun beide ouders. Jouw taak is weer om deze ervaringen te toetsen op juistheid en kijken of ze herzien moeten worden. Je zult heel vaak zien dat kinderen hun ouders ook beginnen op te voeden naarmate ze ouder worden. Hier kunnen ook conflicten ontstaan en beide kanten moeten hiervan leren of ze willen of niet.

De acceptatie van beiden is ook een levensles. Indien wij het pad van onze levenstaak niet goed volgen worden we langzaam maar zeker wel in die richting geduwd. Je zult merken dat bijvoorbeeld bepaalde zaken in je leven niet
goed gaan of je wordt tegengewerkt. Je ziel weet wat je levenstaak is en via je gevoel zal het ook signalen afgeven als je verkeerde dingen doet. Deze signalen kunnen zich ook uitten in diverse lichamelijke kwalen en klachten. Het is dus heel belangrijk om naar je gevoel te luisteren, want deze geeft aan of je het goed doet of niet. Je gevoel geeft het meestal goed aan.

Een groep soortgenoten kunnen ook besluiten om allemaal tegelijk te reïncarneren om een bepaald levenservaring samen te beleven, zoals hongersnood, oorlog of natuurrampen.
Waar veel mensen te maken mee krijgen is een partner. Deze partner heeft vaak al eerder een rol gespeeld in je reïncarnatieproces.
Door opvoeding van onze ouders hebben we een beeld geschapen hoe onze partner eruit zou moeten zien. Het moet lijken op een van onze ouders of juist het tegenovergestelde. Of we kiezen een partner die onze spiegelbeeld is om zo geconfronteerd te worden met bepaalde aandachtspunten. Als een relatie verkeerd loopt dan is het zeker niet verkeerd om deze relatie te verbreken.
Een verkeerde relatie kan alleen maar verstoringen geven in je spanningsveld en is geen deel van je eigen levenslessen. Blijf je hierin te lang hangen dan heeft het weer gevolgen later in een ander leven. Soms worden partners weer je partner in je nieuwe leven, omdat jullie samen nog iets te doen hebben of er moeten "oude" problemen nog uit de wereld worden geholpen.

Daarnaast hebben we ook nog gezelschap van een (geleide)gids, dat is iemand die je liefheeft en die je kent uit een vorige leven. Deze gids heeft de taak op zich genomen om jou van dienst te zijn in het aardse leven. Heel subtiel geeft deze via ingevingen boodschappen aan je door. Meestal zijn mensen niet bewust van de aanwezigheid van een gids. Paranormaal begaafden hebben vaak bewust contact met hun gids en sommige hebben zelfs een aantal hulpgidsen bij zich. Deze helpers of hulpgidsen zijn onze contacten uit het zielenrijk die ons helpen in ons aardse leven. We hebben deze al eerder ontmoet in een andere
vorige leven of zelfs huidige leven. Deze helpers uit het zielenrijk helpen ons bij bepaalde taken en zijn niet altijd bij ons. Communicatie met onze gids en helpers gaat via onze gedachten en gevoel. Of je er iets mee doet, dat ligt aan jezelf.
Maar op een of ander manier worden we in ons aardse leven heel subtiel geleid en gestuurd door onze eigen gids. De gids mag zich niet mengen of bemoeien met je levensles en zal zich ook niet bemoeien met allerlei aardse zaken. Je bent als mens zelf verantwoordelijk voor je eigen daden.
De ziel kan in het aardse leven zijn ervaringen, kennis en geestelijke verrijking opslaan en meenemen na het overlijden. Op het moment van overlijden begint de ziel zich weer vrij te maken van het lichaam en zal de terugreis beginnen naar het zielenrijk.
De ziel is onsterfelijk en zal niet door ziekte of dood van het lichaam aangetast worden. Als men sterft door ziekte dan is het lichaam ziek en niet de ziel.

Het moment van overlijden kan voor iedereen verschillend zijn, als het plotseling gebeurd of zoals het eigenlijk niet gepland was dan kunnen we nog niet het besef hebben dat we dood zijn en kunnen we blijven rondzweven, meestal op de plek van overlijden of ons huis. De mate van volhouden dat we niet dood zijn kan bepalen wanneer we terugkeren naar het zielenrijk. Onze gids zal zijn best doen om ons te overtuigen om mee te gaan naar het Licht. Anderen voelen zich vanzelf aangetrokken door het licht.
De ziel zal zijn terugweg naar het zielenrijk, Het Licht, zoeken en beschrijvingen van mensen die een bijna-dood-ervaring
hebben gehad vertellen over het Licht waar ze op af gaan. Daar wordt je liefdevol opgewacht en begeleid door je naasten die eerder overleden zijn en je gids(en), zodat je gerustgesteld wordt. Je komt in een soort wachtkamer terecht om weer te wennen
aan het leven boven en om vrij te komen van je aardse denken. De tijd in deze wachtkamer is afhankelijk van je eigen besef en welwillendheid om het te accepteren. Daarna vervolg je de reis verder naar het zielenrijk.
Ben je echt haatdragend en vergeef je jezelf en anderen niet dan kom je terecht in de lagere sferen, geef je liefde en vergeef je alles dan kom je terecht in wat ze noemen, zomerland. De rest komt terecht in een tussengebied die schemerland wordt genoemd.

De meesten komen terecht in schemerland omdat onwetendheid en goedgelovigheid op aarde hun deel was.
Als je uiteindelijk er klaar voor bent zal je met je mentor uit je zielengroep je leven doornemen. Als ziel zal je al je herinneringen meenemen. Je mentor zal vragen aan jou of je nog iets wilt laten zien uit je aardse leven wat van belang is. Je hele aardse leven schiet langs je heen en zal op bepaalde momenten even stilstaan om daar je levenslessen door te nemen. Je kan zelf je
eigen oordeel vellen of je het goed gedaan hebt of niet en ontwikkel je verder door je aardse ervaringen. De mate van haat/liefde en vergevingsgezindheid bepalen wat er in je karma worden opgenomen en of je verder gegroeid bent. Al deze momenten zal met veel liefde, warmte en mededogen doorgenomen worden. Je zult geen verwijten of straffen ondervinden voor de mindere momenten in je leven. Mocht je het helaas niet goed gedaan hebben en je taak niet goed vervuld hebben, dan moet je het helaas nog een keer proberen in een volgend aards leven. Boven in het zielenrijk zal je eerst even bijkomen van alles en genieten van de
rust. Op het moment dat je denkt dat het zover is, keer je terug naar de aarde in een ander lichaam en zal je weer geboren worden als mens en je volgende of dezelfde taak proberen te volbrengen.
De bedoeling van al deze beproevingen is te komen tot een hogere geestelijke verrijking en je op te leiden tot een hogere geestelijke macht en bewustzijnsniveau. Het “promoveren” naar de allerhoogste 7e sfeer in het zielenrijk (de 7e hemel), waar je dan zelf als gids andere zielen gaat helpen en begeleiden met hun aardse leven. Het proces van leren om steeds meer inzicht
te krijgen zal dan ook nog steeds doorgaan, totdat we de 7e sfeer gaan verlaten om ons tot het Goddelijke te verenigen.

Dan hebben we ons einddoel bereikt.
Al deze 7 sferen zijn verbonden met onze 7 chakra's. De laagste sfeer is verbonden met de wortel of stuitchakra. Deze chakra heeft het aardse bestaan als belangrijkste punt. De kruinchakra is verbonden met de hoogste sfeer. De kruinchakra staat voor onze verbondenheid met het kosmische, dus met het zielenrijk. Ons leven op aarde is dus verbonden met de eigenschappen van een bepaalde chakra die op dat moment correspondeert met de sfeer die we proberen te halen.
Bij elke chakra zijn eigenschappen beschreven. Deze eigenschappen zullen sterk naar voren komen in je leven en je zal daarmee moeten worstelen. Iedereen krijgt dus vroeg of laat hetzelfde voorgeschoteld in een leven.









bron