1. Zelfreflectie
Innerlijke stilte leer je o.a. in meditatie. Als onderdeel van het spirituele pad is het de techniek die je leert in jezelf ‘een plaats van rust’ te vinden waar je heen kunt gaan met je bewustzijn van aanwezigheid. Van daaruit kun je jezelf en de wereld gadeslaan, oordeelloos, leeg ‘zien’.
Op het moment dat je jezelf of het gewoel in de wereld vanuit innerlijke stilte kunt gadeslaan ontstaat er vrijheid. Die vrijheid kan eindeloos groeien, door de vaardigheid aan te leren op elk willekeurig moment (dus niet alleen tijdens je meditatieoefeningen) met je bewustzijn van aanwezigheid naar je innerlijke ‘plaats van rust’terug te keren.
Er zijn vele vormen van meditatie. Het is de taak van de meditatieleraar je met veel geduld steeds weer te wijzen op de mogelijkheid van oordeelloos ‘zien’ voortkomend uit innerlijke stilte verbonden met een besef van lijfelijke aanwezigheid. Om oordeelloos te kunnen zien is het besef van lijfelijke aanwezigheid onontbeerlijk. Als je lijf niet meedoet kun je niet leeg zien; dan zie je alleen gedachtes en dat heb je dan niet in de gaten. Om voorbij die gedachtes te komen moet je je aanwezigheid verankeren in je lichaam.
2. Lichaamsbewustzijn
Je lichaam is een deel van de werkelijkheid. Je lichaam ‘is’. Veel mensen hebben geleerd zich van hun lichaam te vervreemden.
Daarmee raak je ook het contact met de werkelijkheid kwijt.
De weg terug naar een non-dualistisch staan in de werkelijkheid gaat via het herstel van het lichaamsbewustzijn. Door je lichaam te integreren in je bewustzijn maak je contact met de werkelijkheid.
Voor een deel is dat heel eenvoudig: je kunt leren ontspannen en je lichaam bewust waar te nemen. Je kunt dus leren je lichaam van binnenuit te voelen. Als je dat kunt dan heb je al veel bereikt.
Maar er kunnen daarbij ook problemen opduiken. Er kan in je lichaam bijvoorbeeld veel verdriet opgeslagen liggen. Afweermechanismen kunnen zich in bepaalde lichaamsdelen genesteld hebben.
Er zijn veel technieken om je te leren daarmee om te gaan. Sommige zijn heel vriendelijk (zoals haptonomie) en andere wat heftiger (zoals bio-energetica).
Sommige lichaamstechnieken dragen het gevaar in zich om zelf ook weer heel mentaal te worden. De verkeerde manier van bijvoorbeeld yoga, is om jezelf een mentaal beeld te vormen van een oefening en je lichaam met je wil te dwingen dat te volgen. De goede manier is om je bewustzijn van aanwezigheid te leren verplaatsen, uit je gedachten, naar je lijf, en weer terug.
3. Emotionele openheid
Emoties zijn belangrijk. Ze verschaffen je informatie over jezelf en de wereld, en vooral over de kwaliteit van je bestaan. Emoties zijn boodschappers. Emotionele openheid ontstaat door het vermogen tot oordeelloos waarnemen van je emoties, hoe die ook zijn. Dat is behoorlijk lastig, want het oordelen over emoties zit bij de meeste mensen diep ingebakken in hun gewoontepatronen, en verbonden met allerlei taboes en zogenaamd wenselijk gedrag.
Emotionele openheid gaat niet over het hebben van de 'juiste' gevoelens, en ook niet over het vermijden van 'verkeerde'. Integendeel, want er zijn geen goede of verkeerde emoties en gevoelens. Emoties en gevoelens zijn gewoon wat ze zijn. Ze dienen zich ongevraagd aan, net zoals het weer.
Hoe moet je daar dan mee omgaan?
Als je in staat en bereid bent de toestand van je gemoed oordeelloos te bezien, vanuit de positie van de innerlijke getuige, vanuit je ‘plaats van rust’, kun je in vrijheid kiezen of je een emotie of een gevoel wel of niet tot uiting brengt, dus deel van je gedrag maakt. Daar gaat het om. Dat is wat te leren valt.
Je kunt bijvoorbeeld verliefd zijn. Dat is niet in zichzelf goed of kwaad.
Je kunt bijvoorbeeld jaloers zijn. Dat is niet in zichzelf goed of kwaad.
Het gaat erom dat je die toestand van je gemoed eerst in alle openheid durft waar te nemen en te erkennen, welke die ook is. Alleen als je zo oordeelloos naar de toestand van je gemoed kunt kijken, ontstaat er vrijheid om te besluiten of je daar wel of niet iets mee doet.
Emotionele openheid betekent dus enerzijds dat je de gesteldheid van je gemoed oordeelloos kunt waarnemen, en anderzijds dat je in vrijheid kunt besluiten of je daar wel of niet naar handelt.
Emotionele openheid is dus niet het ongeremd uiten van alle emoties, zoals nog wel eens gedacht wordt. De kans is zelfs dat je daardoor een slaaf wordt van elke luim die zich toevalligerwijs aandient.
Geen enkele emotie geeft je ergens recht op. Je kunt dus niet zeggen: ik voel dat zus of zo, dus heb ik hier of daar recht op. Dat heet gewoon dwingelandij.
4. De tekenen van je biografie leren verstaan
Terugblikken op je leven en daar op zoek gaan naar allerlei trauma's is maar beperkt functioneel voor spirituele groei. En het opnieuw doorleven van die trauma's heeft nog minder zin. De kans is levensgroot dat je daardoor nog meer jezelf gaat identificeren met je slachtofferrol.
Er is een hele andere omgang mogelijk met het verleden. Als je je verleden kunt zien als een goudmijn aan ervaringen kun je er veel van leren. Dan kan zelfs de pijn die je eventueel geleden hebt een boodschapper zijn. Maar ook geluksmomenten zijn belangrijk. Je persoonlijk verleden vertelt je wie je bent, en wat je hier op aarde te doen hebt.
5. Bevrijdende emoties
Tijdens het proces van spirituele groei kunnen allerlei heftige emoties zich aandienen, soms op uiterst ongelegen momenten. Naarmate je je emotionele pantser meer en meer durft loslaten, en je dus groeit in emotionele openheid, is de kans groot dat zich heel stereotiepe ervaringen aandienen.
Zo kun je plotseling overspoeld raken door een enorm verdriet. Het kan dan lijken alsof je nooit meer kunt ophouden met huilen. Daar kun je behoorlijk van schrikken, en ook je omgeving kan er danig van in de war raken. Het is belangrijk dat je het zelf herkent als behorend bij je ontwikkeling. Ga dat verdriet vooral niet koppelen aan een bepaalde ervaring uit het verleden, want het is van een heel andere soort. Het zal lijken alsof alle verdriet van de wereld bij je binnenkomt. Troost van lieve medemensen kan helpen als ze je maar niet proberen te redden met goede raad, maar je bemoedigen je verdriet aan te gaan. Laat het verdriet dus gewoon toe. Het gaat vanzelf over als je er niet tegen vecht. Daarna zul je je enorm bevrijd voelen. Er kan een tintelende blijheid uit opbloeien.
Een ander gevoel dat je kan overvallen is woede. Als het de woede is die ik bedoel, zul je begrijpen waarom dit gevoel woede heet. Het kan lijken alsof een storm van woede door je heen woedt. Daar moet je erg mee oppassen. Je kunt er schade mee berokkenen in je naaste omgeving. Want je zult geneigd zijn die woede uit te kuren op je naasten, ook al zijn ze daar niet de oorzaak van. Blijf desnoods even uit hun buurt. Doe er niets mee, maar laat het woeden in jou wel toe, en veroordeel jezelf er vooral niet om. Koppel deze woede niet aan één speciale ervaring of gebeurtenis uit je verleden, want dat heeft er niets mee te maken. Het is meer een optelsom van vele ervaringen. Kijk ernaar en laat het uitrazen, al is dat niet gemakkelijk. Ook dit gaat vanzelf over als je er niet tegen vecht. Probeer niet het mooier te maken dan het is door er allerlei nobele gedachten aan te koppelen. Laat het zijn, dat is genoeg. De toegelaten woede brengt je bij je eigen kracht. Voorbij de woede is die kracht niet vernietigend, maar juist zacht en creatief.
Een derde gevoel dat zich onderweg op het spirituele pad kan aandienen is rauwe eenzaamheid. Het is een gevoel alsof je in een ijskoude kosmos bent belandt waarin je je troosteloos verlaten voelt. En ook hiervoor gelden de adviezen als voor de andere gevoelens. Het gaat over als je het aanvaardt. Er kan een grote rust op je neerdalen na dit gevoel van troosteloze verlatenheid.
Een uiterst pijnlijk gevoel is de smartelijke terugblik. Op het moment dat je spiritueel ontwaakt kan het leven dat je tot nu toe leidde zich aan je voordoen als een vorm van grote tragiek. Je kunt een intens berouw voelen om de verloren tijd, of om het leed dat je anderen (al dan niet bewust) hebt aangedaan. Ook dat heeft niets te maken met specifieke trauma's die je eventueel opgelopen hebt. Ga ook dit gevoel daar dus vooral niet mee verbinden, ook al is de verleiding groot, want maar al te makkelijk redeneer je zo jezelf in een slachtofferrrol. Probeer ook niet dat gevoel weg te redeneren omdat het niet redelijk zou zijn, omdat je er bijvoorbeeld niets aan kon doen. Als je ook dit gevoel toelaat zonder oordeel, zal het zich kunnen omvormen tot een soort weemoed die je voortaan met je meedraagt en die je innerlijk heel zacht maakt. Die weemoed geeft je toegang tot oprechte, belangeloze barmhartigheid en mededogen.
De smartelijke terugblik kan een echte barrière zijn, als je daarvoor terugschrikt of als je jezelf met allerlei redelijke overwegingen probeert vrij te pleiten. Ga, het aan, laat het gebeuren, ontken het niet, maar daar is meer moed voor nodig dan bij de vorige gevoelens.
Een vierde gevoel is heel wat aangenamer dan de vorige. Ik noem het 'de kosmische lach'. Je kunt onderweg op je spirituele pad werkelijk overvallen worden door de totale absurditeit van alles en nog wat om je heen. En de enig mogelijke reactie op dat moment is een schaterlach. Ik bedoel dus niet de cynische lach om de belachelijkheid van alles, maar een brede bevrijdende lach van inzicht, warmee je jezelf van een heleboel zinloos gedoe bevrijdt.
Geen van al deze gevoelens is verplicht op het spirituele pad. Maar als ze zich aandienen is het meestal onverwacht. Als je weet dat ze er gewoon bijhoren, kun je je er misschien wat makkelijker aan overgeven.
Het is ook belangrijk dat je in je eventuele rol als spiritueel begeleider van andere mensen op deze emoties verdacht bent en er mee weet om te gaan. Het heeft geen enkele zin om deze emoties te duiden om er zo aan te ontsnappen. Het zijn de wachters aan de poort van openheid. De sleutel van die poort die elk van deze wachters zal opvragen is: overgave.
6. De dialoog met de ander
Het ontplooien van persoonlijke eigenheid zal alleen een staat van vervulling geven als die samengaat met een besef van dienstbaarheid aan de samenleving, de medemens, de natuur of iets anders buiten jezelf. Die staat van vervulling is precies datgeen wat mensen van nature nastreven. Het is de opperste vorm van zelfrealisatie. Er is dus helemaal geen tegenstelling tussen persoonlijke ontplooiing en dienstbaarheid aan het leven om je heen. Ze sluiten elkaar in en ze ontmoeten elkaar in de zelfrealisatie.
Veel gesprekken hebben de vorm van een strijd om de waarheid. Dat is een gewoonte die diep in menselijk gedrag geworteld kan zijn. Het leren herkennen van die vorm van gesprek en het aanleren van een op respect en authenticiteit gebaseerde gespreksvorm is een belangrijk onderdeel van gnostiek als spiritueel pad.
7. Zingeving
Wat moet ik met mijn leven? Het geijkte patroon is dat je het antwoord zoekt in een spirituele traditie, of een politieke ideologie, of een andere externe bron.
Een belangrijk kenmerk van deze tijd is dat die externe bronnen door de meeste mensen niet meer als geldig worden ervaren. Dat geldt niet alleen voor de spirituele tradities, maar ook bijvoorbeeld voor het marxisme.
Ongeacht de waarde die deze oude tradities zouden kunnen hebben, willen de meeste mensen tegenwoordig zelf hun eigen antwoorden geven. Ze willen hun antwoorden ervaren als expressie van zichzelf. Moderne zingeving is: jezelf ontwerpen in de antwoorden die je aan het leven geeft, woekerend met je talenten, in relatie tot je medemens.
En dat was precies wat het 7stappenplan vcoor spirituele groei beoogt.
Conclusie
Alle voorafgaande fasen van het 7stappenplan voor spirituele groei hebben gevolgen voor je handelen in de wereld. Je hoeft geen volmaakte leerling te zijn om te ervaren dat je op een nieuwe manier in de wereld kunt komen te staan.
Veel van wat eerst hoogst aantrekkelijk leek te zijn kan z’n aantrekkingskracht verliezen en daarmee ook z’n macht over je leven. Nieuwe doelen zullen zich aandienen.
Het is een hele levenskunst om die verandering in je leven vorm te geven. Dat is helemaal niet vanzelfsprekend. Maar je zult door die verandering ook toegang hebben tot vormen van creativiteit die je voorheen niet kende.